Dieetzuigelingenvoeding bij specifieke situaties

Sorgente Academy Artikelen Dieetzuigelingenvoeding bij specifieke situaties

Dieetzuigelingenvoeding voorschrijven of adviseren

In de volgende situaties kun jij als diëtist of arts dieetzuigelingenvoeding voorschrijven of adviseren:

Voedselallergie
Te vroeg geboren (prematuur) of te licht geboren (dysmatuur)
Hevig spugen (reflux)
Ernstige spijsverteringsproblemen (resorptiestoornis)

Voedselallergie

Ingeval van een voedselallergie reageert het afweersysteem abnormaal op één of meerdere voedingseiwitten zoals koemelk, kippenei, pinda en soja.

De prevalentie van voedselallergie bij kinderen tot 3 jaar is 4-8% (1). In meeste gevallen gaat het om koemelkallergie bij zuigelingen. In Nederland gaat dit om 2-3% van de zuigelingen (2). Veel voorkomende klachten bij een koemelkallergie zijn spugen, diarree, darmkrampen, buikpijn, benauwdheid, huilen en onrust. Allergische reacties kunnen heel snel optreden, maar ook wat later. Reacties die tot 24 uur ná inname van koemelkeiwit kunnen optreden zijn buikpijn en diarree.

Om onnodig vermijden van bepaalde voedingseiwitten te voorkomen is het van belang dat wordt vastgesteld – of uitgesloten – dat er sprake is van een allergie. Dit kan met een voedselprovocatie. Voorafgaand aan de provocatietest – waarbij het kind in opklimmende doses koemelk krijgt toegediend* – volgt het kind minimaal 4 weken een koemelkvrij dieet.

*Voor uitgebreide informatie betreft voedselovergevoeligheid verwijzen we naar de ‘JGZ-Richtlijn voedselovergevoeligheid’. Een publicatie van Nederlands Centrum Jeugdgezondheid (NCJ).

Te vroeg geboren (prematuur) of te licht geboren (dysmatuur)

Wanneer de baby voor de 37e week van de zwangerschap wordt geboren dan wordt het kindje als een prematuur beschouwd. Een prematuur kindje heeft via de moeder weinig tot geen immuniteit gekregen, hierdoor is borstvoeding heel belangrijk. Het kan voorkomen dat de moeder geen of te weinig borstvoeding heeft of dat het kolven niet lukt. Er kunnen ook andere redenen zijn waarom er geen borstvoeding gegeven kan worden. Dan kan voeding speciaal gemaakt voor prematuren – met voldoende voedingsstoffen voor groei – uitkomst bieden. Deze voeding kan ook na ontslag uit het ziekenhuis worden voorgeschreven. Een baby met een te laag geboortegewicht wordt een dysmatuur genoemd. Dit kan samengaan met prematuriteit, maar komt ook voor bij een voldragen zwangerschap.

Hevig spugen (reflux)

Het terugstromen van de maaginhoud in de slokdarm noemen we reflux. Dit komt bij baby’s veel voor. Dunne voeding stroomt gemakkelijker terug van de maag naar de slokdarm vergeleken met dikke voeding. Daarom kan ervoor worden gekozen om moedermelk of flesvoeding in te dikken of om te kiezen voor een speciale flesvoeding die al verdikkingsmiddel bevat.

Ernstige spijsverteringsproblemen (resorptiestoornis)

Heeft de baby last van spijsverteringsproblemen? Voedingsstoffen kunnen dan niet goed in het lichaam worden opgenomen. Of het voedsel wordt niet goed verteerd. In sommige gevallen kan voeding op basis van hydrolysaat en MCT vetten worden geadviseerd.